Kuijk

  • Vergroot lettergrootte
  • Standaard lettergrootte
  • Verklein lettergrootte

Nieuwe leerroute: meer academici voor de klas

E-mail Afdrukken PDF
Een academicus heeft voor de klas niets te zoeken. Noch op de basisschool, noch op de middelbare school vindt hij immers de intellectuele uitdaging die hij als academicus nodig heeft, of zou moeten hebben. Of mensen die zelf goed kunnen leren, of althans goed genoeg hebben kunnen leren om universitair af te studeren, ook goede leraren zijn of kunnen worden is helemaal de vraag. Een andere vraag is, of academici die zich alsnog hebben laten scholen tot leraar daar uiteindelijk veel lol aan beleven.

Het ministerie van onderwijs denkt dat er meer academici voor de klas moeten en heeft enige tijd geleden een persbericht dienaangaande doen uitgaan:

"

Nieuwe leerroute: meer academici voor de klas

 

Ruim 100 miljoen voor meer leraren en betere opleidingen

 

Persbericht | 22-09-2008 | Directie Communicatie

Met de introductie van de nieuwe educatieve minor komt er een nieuwe leerroute om meer academici voor de klas te krijgen. Afgestudeerde bachelors krijgen, als zij tijdens hun studie een zogenaamde educatieve minor halen, de bevoegdheid in het vmbo-tl en de eerste drie jaren van havo en vwo les te geven. Deze nieuwe leerroute wordt nog dit schooljaar door universiteiten en scholen voor voortgezet onderwijs ontwikkeld. Dit is één van de maatregelen die staatssecretaris Van Bijsterveldt neemt in haar kwaliteitsagenda 'Krachtig meesterschap' voor meer en beter opgeleide leraren. 'Met de educatieve minor kunnen studenten al vroeg ontdekken wat een geweldig vak het leraarschap is, en boren we nieuw goud aan om de kwaliteit van het onderwijs te vergroten', aldus Van Bijsterveldt."

Helaas voor staatssecretaris Van Bijsterveldt leidt dit plan aan een fundamenteel manco: het leraarschap is misschien best een geweldig vak, maar niet voor een academicus. Iedere VWOwer kent minimaal één voorbeeld van een eerstegraads bevoegd academicus die totaal verzuurd is in het vak en zich bij zijn loopbaan vroeger iets heel anders had voorgesteld, doch uitsluitend het onderwijs ingegaan is omdat er met wat hij gestudeerd had (Wiskunde, Natuurkunde, Scheikunde, Engels, Nederlands, afijn, noem maar op eigenlijk) niet voldoende echt werk te vinden was en het onderwijs laagdrempelig genoeg was om hem op te vangen. Maar vrolijk wordt hij er niet van.

Er zijn er die het intellectuele gemis proberen op te vangen door uitsluitend in de bovenbouw van het VWO les te geven, maar ook daar schieten hun dagelijks de tranen in de ogen bij het zien van de resultaten van hun inspanningen, zelfs bij leerlingen die het allemaal nog begrepen hebben ook. Het is ook logisch en voorstelbaar dat je er niet vrolijk van wordt als je zoveel meer kennis in huis hebt dan je leerlingen (je hebt er per slot van rekening voor doorgeleerd, nietwaar) dat een gesprek op niveau over de stof niet mogelijk is. Maar goed, de staatssecretaresse wil nu met een klein bijvak (of zou een minor een groot bijvak zijn? Had er niet iemand dat mens even wat Nederlands kunnen leren?) voor afgestudeerde vrijgezellen (ja, ik weet natuurlijk dat Bachelor tegenwoordig in het Nederlands onderwijs de term ergens voor is, en zelfs waarvoor ook, maar dat wil nog niet zeggen dat ik er niet van ganscher harte de spot mee zou mogen drijven) iets doen aan de kwaliteit van het onderwijs.

Nu weet iedereen dat je de beste leraren nodig hebt voor de domste mensen, daar de intelligentste mensen er ook zonder leraar wel komen en dat de beste leraren in dier voege niet noodzakelijkerwijs de mensen zijn met de meeste academische kennis, maar de mensen die hun leerlingen de beste lessen geven. Het gekke is dan ook, dat de hoogst haalbare bevoegdheid een leraar niet kwalificeert om les te mogen geven op een school voor kinderen met leer- en opvoedingsproblemen, maar in de bovenbouw van het VWO, waar de leerlingen zichzelf wel redden.

Het plan van Van Bijsterveldt is gericht op de tweedegraadsbevoegdheid en zou er dus, als het tegen mijn verwachtingen in zou slagen, toe leiden dat er een aantal onverantwoord jonge mensen wordt losgelaten op het VMBO en de onderbouw van VWO en HAVO. Juist op de leerlingen in de leeftijd waarin het fundament voor hun verdere opleiding of beroep gelegd zou moeten worden dus. Goed. We lezen even verder in het persbericht:

Van Bijsterveldt presenteerde vandaag in Utrecht de kwaliteitsagenda voor het opleiden van leraren met daarin maatregelen die tot en met 2011 worden genomen om de kwaliteit van de opleidingen van leraren te versterken en de instroom in de opleidingen te vergroten. Zij stelt hiervoor in deze kabinetsperiode in totaal ruim 100 miljoen euro beschikbaar. ‘Krachtig Meesterschap’ is in nauw overleg met studenten, docenten, lerarenopleidingen en scholen tot stand gekomen."
Mij is helaas niets gevraagd, maar om te laten zien dat ik daar niet boos over ben, vertel ik gewoon hier hoe het volgens mij had gemoeten en zou moeten. In de voorgaande alinea staat: "om [...] de instroom in de opleidingen te vergroten". Het probleem zit hem echter helemaal niet in de instroom, of althans niet helemaal. Het probleem zit hem in de uitstroom. De kwaliteit van de lerarenopleidingen is op dit moment zo bedroevend dat zelfs leerlingen die de opleiding hebben afgemaakt en daartoe onder andere jarenlang stage hebben gelopen en hebben zitten 'reflecteren' (zo noemen ze op de lerarenopleiding het nadenken over waar je mee bezig bent), zodra ze zelfstandig voor de klas komen te staan binnen een paar maanden finaal afknappen op het beroep leraar en als het niet binnen een paar maanden is, dan toch zeker binnen twee jaar. Kijk de statistieken er maar op na en als wat ik zeg niet klopt, hoor ik dat graag. De kwaliteit van de lerarenopleiding moet dus beter. Dat weet de staatssecretaresse ook:
"

De basis op orde: versterking kwaliteit lerarenopleidingen

De kwaliteit van de lerarenopleidingen moet boven elke twijfel verheven zijn. Daarom worden duidelijke eisen gesteld aan in- en uitstroomniveau van lerarenopleidingen en aan de toetsing ervan. Hiertoe ontwikkelen de opleidingen in overleg met het desbetreffende onderwijsveld een gezamenlijke kennisbasis, eindtermen en examens. Studenten die de lerarenopleiding binnenkomen, moeten in principe in staat zijn een opleiding met succes af te sluiten. Met name mbo-ers vormen een kwetsbare groep. Om het instroomniveau van studenten te vergroten komen er intakegesprekken zodat achterstanden zo snel mogelijk worden weggewerkt. Het wegwerken van achterstanden door een summercourse voorafgaand aan de opleiding, zal tijdelijk worden ondersteund vanuit het ministerie."
Ook in deze alinea wordt een denkfout gemaakt. Weliswaar is het een goede zaak dat men vindt dat leerlingen die de lerarenopleiding binnenkomen die in principe met goed gevolg moeten kunnen afsluiten, maar wat veel belangrijker is, is natuurlijk dat de leerling die de lerarenopleiding met goed gevolg afgesloten heeft ook daadwerkelijk is opgeleid tot goede leraar en een blijvertje zal blijken te zijn. Anders heb je er namelijk nog niets aan. De volgende alinea borduurt helaas voort op de denkfout uit de vorige alinea:
"Studenten moeten met zo min mogelijk achterstand aan een lerarenopleiding starten. Daarom komt er op korte termijn een onderzoek naar een verplicht vakkenpakket in de vooropleiding in met name het mbo. Opleiden in de school (onderwijspersoneel op de –toekomstige- werkplek opleiden) wordt structureel verankerd in het onderwijsstelsel. Doelstelling is om het aantal studenten dat een duale opleiding volgt te verdubbelen in 2011. Daarbij wordt een keurmerk ontwikkeld voor opleidingsscholen, dat tevens een voorwaarde wordt voor extra financiering."
Goed, dat willen ze dus. Als er aan de kwaliteit van de lerarenopleiding niets verandert, halen alle andere veranderingen echter niets uit, want of je nu duaal, in een laboratorium of aan de vliegende trapeze wordt opgeleid: als je niet leert wat je leren moet, is je opleiding waardeloos. Afijn, dit persbericht ging erover dat er meer academici voor de klas zouden moeten, maar waarom dat precies zou moeten, weten we nog niet. Misschien staat dat in de volgende alinea:
"

Grotere kweekvijver: meer academici

Het enorme lerarenpotentieel binnen de universiteiten wordt beter benut door universitaire bachelors vroegtijdig tijdens de studie de mogelijkheid te bieden een educatieve minor te volgen. Hiermee kunnen academici sneller een gedeeltelijke tweedegraads bevoegdheid krijgen en aan de slag voor de klas. Afgestudeerde bachelors kunnen in een latere fase eventueel doorstromen naar een educatieve master om een eerstegraads bevoegdheid te halen. Ook kunnen studenten tijdens een reguliere master naast hun studie, in plaats van de gebruikelijke bijbanen in kroeg of supermarkt, aan de slag in het onderwijs, mits ze hun bachelor mét educatieve minor succesvol hebben afgerond."
Ziet u de enorme gotspe die men in deze alinea heeft weten te verwerken? Neen? Dan leg ik het even uit: er staat dat een baantje als tweedegraads bevoegd docent vergelijkbaar is met een bijbaantje in kroeg of supermarkt. De tweedegraads docent weet nu dus hoe het ministerie van onderwijs over hem denkt: hij is een veredelde vakkenvuller met een diploma. Meer niet. En het dan nog gek vinden dat er steeds minder mensen het onderwijs in willen. Dat de eerstegraads docent hier niet genoemd wordt, wil overigens niet zeggen dat zijn baantje door het ministerie hoger gewaardeerd wordt. Het is niet voor niets dat al jaren geleden de beloning naar bevoegdheid is afgeschaft en alle docenten tegenwoordig in de LB-schaal beginnen (en daar ook in blijven, tenzij ze gepromoveerd worden, wat betekent dat ze minder voor de klas hoeven te staan. Hé, opnieuw een teken dat het voor de klas staan in werkelijkheid helemaal niet zo belangrijk geacht wordt. En terecht, maar dat leg ik een ander keertje nog wel uit). De volgende alinea van het persbericht gaat plotseling over "excellentie":
"Experimenten op het gebied van excellentie worden gestimuleerd. In dat kader wordt bijvoorbeeld 1 miljoen euro geïnvesteerd in de ontwikkeling van de universitaire pabo in Utrecht. Staatssecretaris van Bijsterveldt wil toe naar projecten waarbij uitblinkende studenten aan het begin van hun carrière een aantal jaren lesgeven alvorens zij een baan krijgen bij een groot bedrijf. Op dit moment wordt hierover overleg gevoerd met een aantal grote bedrijven en VNO-NCW."
Over kapitaalvernietiging gesproken. Uitblinkende studenten moeten vanaf het begin van hun carrière heel hard werken om te blijven uitblinken in datgene waarin ze uitblinken. Als ze dan tientallen jaren later met pensioen gaan en iets leuks willen doen met hun vrije tijd, kunnen ze altijd nog kleuters leren lezen, schrijven en rekenen. In hun beste jaren moet je ze dat niet laten doen. Laat ons hopen dat "een aantal grote bedrijven en VNO-NCW" die rekensom ook kunnen maken, zodat we geen potentiële Einsteins, Mathers, Smoots of Giacconis, om er maar eens een paar te noemen, verliezen aan de zegeningen van het onderwijzersvak, dat immers zo geweldig is.

De laatste alinea van het persbericht luidt:

"

Differentiatie in opleiding en beroep

Om voldoende goed opgeleide leraren te krijgen, zijn goede lerarenopleidingen nodig, maar ook een aantrekkelijke beroepsperspectief is onontbeerlijk. Er wordt een appèl gedaan op scholen om na te denken over de schoolorganisatie van de toekomst waarbinnen meer ruimte is voor doorgroei en inzet van onderwijsassistenten, associate degree afgestudeerden tot en met bevoegde docenten. Daarnaast vraagt Van Bijsterveldt advies aan de nieuwe Stichting van het Onderwijs i.o. over de wenselijkheid en eventuele vormgeving van smallere kwalificaties (splitsing jonger en ouder kind in het basisonderwijs en splitsing algemeen vormend en beroepsonderwijs)."

Dat er goede lerarenopleidingen nodig zijn klopt. En dat van dat "aantrekkelijke beroepsperspectief" klopt ook. Hoe de "doorgroei en inzet van onderwijsassistenten, associate degree afgestudeerden tot en met bevoegde docenten" (hm. Snap ik die zin eigenlijk wel? Nou ja, laat maar even gaan) daaraan bijdraagt, ontgaat mij. Zolang er veel meer onderwijzers nodig blijven dan coördinatoren, teamleiders, managers, directeuren en rectoren is de lerarenbaan voor de leraar die er in verzeild geraakt is, een parkeerbaan, waar hij alleen nog uitkomt door iets heel anders te gaan doen. Buiten het onderwijs. En nog tegen betere betaling ook.

Het is wat dat betreft maar goed dat de meeste leraren die zo van school naar de lerarenopleiding zijn gegaan en vandaar voor de klas terechtgekomen zijn, na een paar jaar zo bang geworden zijn voor de grote boze buitenwereld dat ze niet eens meer weg durven, zelfs als ze zouden kunnen (als u in het onderwijs werkzaam bent, moet u de volgende keer in de lerarenkamer eens goed om u heen kijken. U ziet dan meteen wie en wat ik bedoel).

Wat de "nieuwe Stichting van het Onderwijs i.o" precies kwalificeert om advies te mogen geven, ontgaat mij, maar dat zal wel weer de gebruikelijke vriendjespolitiek zijn, zodat het stichtingsbestuur en de stichting vol zitten met mensen die "hun sporen in het onderwijs verdiend hebben" en nu graag wat extra's op hun bankrekening gestort zien worden in ruil voor hun adviezen.

Dat ze de kleuterschool en de lagere school nooit hadden moeten samenvoegen is een waarheid als een koe, dus die moeten ze splitsen en ook het algemeen vormend onderwijs en het beroepsonderwijs moeten gescheiden worden. Als de "nieuwe Stichting van het Onderwijs i.o" of de staatssecretaresse nog meer zinvol advies nodig hebben, moeten ze me maar even een emailtje sturen.

U kunt uw mening geven op het forum: Academici horen niet voor de klas